Nieuwe zorgverleners opleiden

Motief van... Hannie Bakker

Bewegen en ontwikkelen spelen een grote rol in het werk van Hannie Bakker (66). Niet alleen als fysiotherapeut en biografisch coach in het therapeuticum Aquamarijn in Arnhem, maar ook als medecoördinator en docent aan de interdisciplinaire basismodule van de Academie Antroposofische Gezondheidszorg. “Daar gaat het om een innerlijke beweging; bij de basismodule zie ik hoe verschillend mensen antroposofie opnemen.” 

Tekst: Cisly Burcksen
Beeld: Leonie Tiel Groenestege

Deze module is een intensieve kennismaking met het antroposofisch mensbeeld, als basis voor zorgverleners die een aanvullende antroposofische beroepsopleiding willen volgen. Door het interdisciplinaire karakter draagt de module tevens bij aan de professionalisering van de antroposofische zorg. Cursisten vanuit verschillende medische werkvelden leren in de basismodule met en van elkaar. Een fysio ouderenzorg heeft heel andere vragen dan een consultatiebureauverpleegkundige. Doordat ze samen in de groep zitten, leren ze van elkaars perspectief,” legt Hannie Bakker uit.

Ze komt uit een echt ‘onderwijsnest’, begon haar zorgcarrière in de ritmische massage en raakte vanuit haar ervaring als docent antroposofische fysiotherapie betrokken bij de start van deze basismodule. “Ik geef les over de zevenjaarsfasen  en als coördinator zorg ik samen met Guus van der Bie  voor de organisatie en kijk ik bijvoorbeeld ook huiswerk na,” vertelt Hannie. “Het overbrengen van antroposofische inhouden is iets anders dan het overdragen van feitenkennis. Je leert mensen op een andere manier naar de wereld kijken. Ze gaan innerlijk meebewegen en herkennen dan dingen als waar. Dat is niet iets waarvoor je een cijfer kunt geven. Daarom maken studenten een portfolio waaruit blijkt wat ze hebben geleerd en waar ze zich bewust van geworden zijn. Zo kunnen we hun leerproces volgen.”

Opvolgingsprobleem

Negen jaar geleden startte de eerste groep en inmiddels zijn er al vele professionals doorgestroomd naar een antroposofische beroepsopleiding. Een resultaat waar Hannie terecht trots op is, zeker in het kader van het honderdjarig jubileum van de antroposofische gezondheidszorg. “We begonnen met een enkele groep, hebben een aantal jaren dubbele groepen gehad, en in totaal hebben we nu ruim tweehonderd cursisten opgeleid, onder wie bijvoorbeeld zeventig artsen.  Er is een opvolgingsprobleem in deze sector. In de jaren tachtig kwam er veel op: vrijescholen, natuurvoeding, en ook de antroposofische gezondheidszorg groeide. Veel zorgverleners van toen bereiken nu een leeftijd waarop ze stoppen met werken, maar opvolgers zijn moeilijk te vinden. Daarom is het zo belangrijk dat er dit soort scholingsmogelijkheden zijn, en dat die ook worden gevonden. Destijds waren opleiders veelal goedbedoelende mensen vanuit de praktijk, maar inmiddels hebben we een onderwijsvisie ontwikkeld. De basismodule krijgt dan ook heel hoge waarderingscijfers van studenten. Ik ben er trots op dat er nieuw bloed wordt afgeleverd. We merken dat mensen op zoek zijn naar andere manieren van zorg. Ze missen iets in hun werk; het holistische, het grotere geheel, spiritualiteit.  Dat is wat ze naar onze opleiding trekt.“

Goudglans

Dit is ook wat Hannie zelf inspireert: “Antroposofie vertelt me over de samenhang in de wereld. Het geeft inzicht in de verbinding tussen het zichtbare en het onzichtbare. Van daaruit wil ik het goede doen in daad, woord en meditatie. Zo heb ik al pionierend steeds nieuwe dingen opgepakt.” Inmiddels heeft ze de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. Voor deze rubriek wilde ze graag op de foto met een bijzonder beeld dat ze van haar eerste AOW kocht. “Ik kreeg dat voor de eerste keer in augustus, en toen zag ik dit beeld; een porceleinen discus als een gekleurde zon op een verweerd houten paaltje. Het heeft ook iets weg van een Iers kruis. Het verbeeldt eigenlijk mijn hele werkleven: antroposofie realiseren.  Dat vond ik zo indrukwekkend dat ik besloot het mezelf cadeau te doen.”

Hoewel ze ook trots is op wat ze in het therapeuticum Aquamarijn samen met haar collega’s heeft bereikt, baart de toekomst haar soms zorgen. Ze ziet hoe veel antroposofische medicatie niet meer ‘mag’, de tegenwerking van onder andere de antikwakzalverslobby en hoe een instituut als de Lievegoedkliniek omvalt. “Als je ouder wordt, ga je steeds beter om je heen kijken. Ik zie vervreemding, onthechting, bewegingsarmoede en polarisatie. Juist dan is dat goud van het Ik-werk zo belangrijk. Het gaat tussen mensen glanzen als je het antroposofische goud in de wereld brengt.”

Dit artikel is ook gepubliceerd in Motief, het ledenblad van de Antroposofische Vereniging in Nederland (editie december 2020/januari 2021).

 

Verder lezen: